|
a) Naamlooze Vennootschap: Maatschappij tot Exploitatie van Tramwegen, 's Gravenhage, 27.11.1891, Bewijs van Aandeel groot 500 Gulden, später auf 150 Gulden umgestempelt, Serie B, #368, 31,7 x 21,6 cm, ocker, schwarz, KR; b) Noordbrabantsche Stoomtramweg-Maatschappij, Tilburg, Februar 1881, Aandeel groot 250 Gulden, #327II, 16,5 x 24,2 cm, grün, schwarz, KR, Stempel; c) Nederlandsche Tramwegmaatschappij, Heerenveen, 18.03.1907, Bewijs van één Onder-Aandeel groot 12,50 Gulden, Letter A, #22673, blau, schwarz, Knickfalte quer, KB; d) Naamlooze Vennootschap Ooster Stoomtram-Maatschappij, Utrecht, 15.09.1882, Oprichters-Bewijs, #16, rot, schwarz, türkis; e) Naamlooze Vennootschap Zuid-Nederlandsche Stoomtramweg Maatschappij, Breda, 31.03.1890, Bewijs van Aandeel groot 500 Gulden, #41, braun, Stempel.
|